|
Gustavia, herinnerd aan de Zweedse overheersing |
Klein, kleiner kleinst. Dat is zo wat mijn gevoel na hier een paar maand rondgevaren te hebben. St Barths is ook zo weer een minuscule rots waar nogal wat mensen op samenhokken. Het goede weer en de belastingvrije status maken het tot zeer gewilde paradijzen. Moesten deze kleine eilanden in onze regio liggen dan waren deze bijna niet levensvatbaar. Hier echter puilen de havens uit van megajachten en de rots wordt meer en meer aangevreten door megalomane villa's. Er schijnt wel een code te zijn dat iedere villa zo goed mogelijk in de natuur geïntegreerd wordt. Ik keek zo eens rond bij de vitrines van de talrijke immobiliënkantoren en zag nergens een prijs met minder dan 7 cijfers. Hier bestaat geen markt voor de modale burger zoals op de Canarische eilanden, hier wordt gebouwd voor de 'rich en famous'. Heel druk is het er niet, het gaat er in de winkelstraten zelfs heel gemoedelijk aan toe. Leuke bars & restaurantjes en hier en daar kaarten waar nog betaalbare menuutjes op staan. Wat opvalt op al deze Caraïbische eilanden is dat er zo weinig ingezet wordt op groene energie. Je ziet bijna nergens zonnepanelen zelfs bijna geen zonnecollectors voor warm water???? Hoe komt dat toch? Dat in tegenstelling met de Europese Atlantische eilanden waar bv El Hierro al 100% met groene energie voorzien wordt. Het moet perfect mogelijk zijn om al deze eilanden met groene energie te voeden. Zeker zoals hier op St Barts waar de prijs geen betekenis heeft. Waarom worden deze nieuwbouwwoningen niet verplicht om energie zelfvoorzienend te zijn. Ook zo met auto's & bromfietsen. Je begint al een paar elektrische wagentjes, a la golfkarretjes, te zien echter nog heel weinig. Deze eilanden beschikken slechts over een paar kilometer weg dus hier geen probleem met de actieradius. Te meer de dorpen zouden een stuk leefbaarder worden moesten er niet zoveel uitlaatgassen in de al hete ademlucht uitgebraakt worden.
|
mooie strandjes zijn er wel |
Ook wordt er voor wandelaars niks voorzien. De verbindingswegen tussen de dorpjes hebben bijna nooit een voetgangerspad. Meerdere malen ben ik op mijn stappen teruggekeerd omdat het echt gevaarlijk is langs de baan te wandelen. Nergens wordt er snelheidscontrole gehouden en ja je moet toch eens op het gaspedaal kunnen duwen met die mooie bling bling wagentjes.
Toch had ik een aantal mooie dagen op St Barths. Je struint rond in een wereld van glitter en glamour. De winkelpanden dragen namen van wereldmerken, prullaria winkeltjes vind je hier niet. Die zouden waarschijnlijk niet hun huur kunnen opbrengen ook. En zowaar vind je nog wel een supermarktje waar voedingswaar nog betaalbaar is.
Je vind nog veel plaatsnamen die refereren naar de Zweedse overheersing. Een Franse koning uit de reeks Louis met het serienummer 16 verkocht het eiland ooit aan Zweden. Ongeveer een 90 jaar bleef het een Zweedse vrijhandelshaven. De vele plunderingen door Engelsen, Nederlanders en Fransen, al dan niet piraat, en 2 zware orkanen die de handelsvloot decimeerde noden de Zweden om het eiland terug aan de Fransen te verkopen.Er zijn nooit geen slaven tewerkgesteld op deze eilanden en dat zie je aan de bevolking die overwegend blank is. Nieuwe inwijkelingen uit voornamelijk Haïti en Dominicaanse Republiek laten hier ook het straatbeeld verkleuren, deze laatsten zijn hier wel 'om den brode'. Deze mensen zijn gevlucht van hun eigen eilanden voor de uitzichtloosheid en armoede. Hier vinden ze misschien een baantje maar rijk zullen ze er zeker niet van worden. Op veel blogs lees ik alleen maar hoe paradijselijk deze eilanden wel zijn. En als je strikt de natuur bekijkt is dat natuurlijk ook zo maar op veel gebieden lopen ze achter. Er is echter duidelijk nood aan openheid en vernieuwing. Hoe paradijselijk ook, ook hier gaat de zon alleen voor niks op. De rest moet ook met dollars betaald worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten